De Traton Group bereidt zich systematisch voor op de overgang naar elektrische aandrijvingen. De fabrikant van bedrijfsvoertuigen heeft nu besloten om tegen 2025 in totaal € 1,6 miljard te investeren in onderzoek en ontwikkeling voor e-mobiliteit. Oorspronkelijk was voor deze periode een e-mobiliteitsinvestering van € 1 miljard gepland. Tegelijkertijd verlaagt TRATON de investeringen in conventionele aandrijvingen, zodat deze minder dan een vijfde van zijn productontwikkeling in 2025 uitmaken. Dit betekent dat tegen die tijd het aandeel van productontwikkeling gericht op elektrische mobiliteit zal zijn verdubbeld.
“Traton legt een duidelijke focus op elektrische vrachtwagens. Deze overgang zal niet van de ene op de andere dag plaatsvinden. Het wordt geleidelijk, duurzaam en in lijn met de benodigde netwerkuitbreiding. Als er geen laadinfrastructuur is, zal het niet werken ”, aldus Matthias Gründler, CEO van Traton SE.
De merken van de Traton Group hebben al concrete doelen gesteld voor 2025 en 2030: elektrische voertuigen zullen in 2025 ongeveer 10% van de Europese afzet van Scania uitmaken, en tegen diezelfde datum is de helft van de nieuwe bussen van MAN ook uitgerust met een elektrisch aandrijfsysteem. Tegen 2030 zal elke tweede door Scania verkochte voertuig elektrisch worden aangedreven en zal ten minste 60% van de bestelwagens van MAN en 40% van de vrachtwagens voor langeafstandsvervoer emissievrij zijn.
Als het gaat om alternatieve aandrijvingen, richt Traton zich vooral op batterij-elektrische voertuigen. Toch kan de waterstoftechnologie in niches goed tot zijn recht komen. Meestal zullen puur elektrische vrachtwagens beter presteren dan hun waterstof-tegenhangers als de meer kostenefficiënte en milieuvriendelijke oplossing voor vrachtwagens, met name vrachtwagens voor langeafstandsvervoer. “Dit komt doordat waterstofvrachtwagens in vergelijking met elektrische vrachtwagens die alleen door batterijen worden aangedreven, één groot nadeel hebben: slechts een kwart van de energieopbrengst wordt uiteindelijk gebruikt om het voertuig aan te drijven, terwijl de andere drie kwart verloren gaat tijdens de weg van de energiebron naar de weg. Bij elektrische vrachtwagens is dit andersom ”, aldus Matthias Gründler, CEO van Traton.
Je hoort vaak dat waterstofvrachtwagens iets zijn voor de lange afstand en elektrische vrachtwagens voorbehouden aan korteafstandstoepassingen. Wat de CEO van Traton betreft, is dit niet waar. In plaats daarvan gelooft hij dat de winstgevendheid van een elektrische vrachtwagen en de afschrijving van de batterijen neerkomt op constant, intensief gebruik. En dit is vooral het geval bij zwaar transport over lange afstanden. Dat gezegd hebbende, zullen waterstofwagens de komende tien jaar waarschijnlijk ook op de markt komen. Neem bijvoorbeeld touringcars voor lange afstanden, waarvan de korte stops onderweg niet voldoende zijn om ze voldoende op te laden. Waterstoftrucks kunnen ook een rol spelen in regio's waar groene waterstof bijzonder goedkoop is, bijvoorbeeld bij windparken op de Noordzee of in havens.